NO2 metingen NL

Stikstofdioxide

05 maart 2020

Het adviescollege Meten en Berekenen adviseert om ook satellietgegevens te gaan gebruiken als ondersteuning van grondwaarnemingen van stikstofdioxide (NO2). Vandaag heeft het adviescollege het eerste rapport ‘Niet uit de lucht gegrepen’ aan de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangeboden.

Met satellietwaarnemingen kunnen de twee gassen die van belang zijn voor het stikstofdossier gemeten worden: stikstofdioxide (NO2) en ammoniak (NH3). NO2 wordt geproduceerd door het verkeer, de industrie en energiecentrales. Ammoniak wordt vooral geproduceerd door de landbouw. 

Het in Nederland ontworpen instrument Tropomi is het wereldwijd meest geavanceerde satellietinstrument voor NO2

Het in Nederland ontworpen instrument Tropomi is het wereldwijd meest geavanceerde satellietinstrument voor NO2. Uit de Tropomi-metingen is de hoeveelheid NO2 in de lucht precies af te leiden. Van dag tot dag zijn er soms beperkingen, bijvoorbeeld omdat het die dag (teveel) bewolkt is geweest. Door satellietmetingen te combineren met de kennis van het weer, de meteorologie, zijn nauwkeurige schattingen te maken van de uitstoot en ook van de stikstofpluimen van en naar het buitenland en het netto transport over de landsgrenzen.

Een sterke kant van satellietwaarnemingen is ook dat heel Nederland in een raster met blokken van 3,5 bij 5,5 kilometer gemeten wordt. Grondmeetnetwerken hebben meestal geen volledige en gelijkmatige bedekking over een hele regio of land. Met satellietwaarnemingen is dan ook de totale emissie van een land of regio te bepalen. Satellietmetingen vullen de luchtkwaliteitsmetingen aan de grond aan, maar ze kunnen deze niet vervangen.

Meer uitleg over wat we precies kunnen meten met satellieten en hoe deze gebruikt kunnen worden voor het stikstofdossier.